Column

Automobilistje pesten voor gevorderden

Thuisonderwijs heeft twee voordelen: dat we in de winterdonkerte wat langer in bed kunnen blijven liggen, en dat we niet elke ochtend voor ons leven hoeven te vrezen tijdens de fietstocht naar school.
Fiets maar eens met ons mee: voor de deur ligt een lange rechte weg waar auto’s zich op een racebaan wanen. Het fietsersstoplicht springt op groen, maar toch grijp ik mijn dochter bij de schouder: waar wij rechtdoor gaan, mogen auto’s gewoon de bocht om komen. Tot slot: een vluchtheuvel waar sinds half november een bermmonumentje ligt voor een doodgereden veertienjarige.
Het is een wonder dat het niet vaker gebeurt op die plek. De weg loopt een beetje af, en de flauwe bocht nodigt uit net dat beetje gas bij te geven – ook ik maak me er wel eens schuldig aan. De plastic bloemen op de vluchtheuvel herinneren me dagelijks aan de kwetsbaarheid van mijn eigen kind, maar ook aan het potentiële moordwapen dat mijn auto is.
En het noodlot is zo makkelijk te temmen. Snelheidsbegrenzers, afgestemd op de maximumsnelheid, bestaan al lang. Bij het testen van zulke kastjes reageerden zowel medeweggebruikers als de chauffeurs zelf positief. Het doorvoeren van begrenzers loopt enkel stuk op politieke onwil. We leven in een vrij land, is het voorspelbare argument, en zo’n kastje is een typisch geval van automobilistje pesten.

Ondertussen begrens ik mijn kind elke ochtend als ik haar op het hart druk goed uit te kijken. Ik leg haar uit hoe iedereen gelijk is, maar dat automobilisten net iets gelijker zijn.De automobilist is onbetwist de sterkste in deze natuurtoestand: niet alleen berokkent hij de grootste schade bij een aanrijding met een fiets of voetganger, hij is er ook nog eens het beste tegen beschermd in zijn stalen kooi vol airbags.
We richten onze binnensteden gelukkig steeds meer in om die ongelijkheid tegen te gaan; met zones waar de auto te gast is, bijvoorbeeld. Europese regelgeving dicteert dat vanaf 2022 alle nieuwe auto’s in de EU een snelheidsbegrenzer hebben. ‘Nanny state’, piepte de Britse minister van verkeer nog, maar het is achterstallig onderhoud, een minimale poging om iets te doen aan de oneerlijke verdeling van de openbare weg.
Mij gaat het nog niet snel genoeg. Helemaal nu elektrische auto’s in 4,4 seconden van 0 naar 100 kunnen, en ik mijn dochter ook al niet meer kan leren op haar oren te vertrouwen, is het nodig om nu al in te grijpen. En juist bij die stille monsters is dat een fluitje van een cent.
Automobilistje, we zullen u niet pesten met zo’n vervelend kastje. Een update van de software voldoet al.

Hilde Sennema is freelance schrijver en bedrijfshistoricus, verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Reageer via opinie@fd.nl.