Column

Weg Volvo

Mijn Volvo moest naar de garage voor de APK. Toen de monteur haar de garage inreed kreeg ik een knipoog van de receptionist. ‘Dat geluid herken je overal,’ zei ze, vertederd haast. Ik knikte. In een paar maanden tijd was dat geluid prettig onder m’n huid gaan zitten.
In de wachtruimte – mondkapje op – las ik een wat onheilspellende boodschap van de Studiegroep Begrotingsruimte: als politieke partijen nog speelruimte willen, zullen ze het van het zorgbudget af moeten snoepen. Geen makkelijke boodschap, voegde topambtenaar Bas van den Dungen toe. Een eufemisme, dacht ik: de zorg is heilig, en helemaal in de coronacrisis is de zorg het domein van helden en hyperbolen.
Maar, zegt Van den Dungen, waar bij andere collectieve sectoren kwaliteitsgroei niet vanzelfsprekend is, groeit het zorgbudget jaarlijks meer dan je demografisch mag verwachten, zonder enige politieke weging. Het verbaasde me, maar ik had geen tijd om verder te lezen. De receptionist keek op haar klembord en bevestigde wat ik al vreesde: een flink lijstje aan gebreken. Ik voelde het in mijn maag, en mijn hoofd had moeite de opties die ze noemde bij te benen. Ik kon er nog even over nadenken, zei ze, dus ik rekende de keuring af en reed door naar de wasstraat.Zwelgend in nostalgie zeepte ik het bordeauxrode blik in.

Ik dacht hoe ik erin had geslapen met mijn dochter deze zomer, en verzon argumenten om een kleine duizend euro te besteden aan een auto die vooral nostalgische waarde heeft. Bij het borstelen riep ik mezelf tot de orde. Van de reparatiekosten zouden we op vakantie kunnen, en van de maandelijkse premie en belasting drie kinderen in India helpen.
Elke vier jaar gaat er onvoorwaardelijk zo’n 3 miljard naar kwaliteitsverbetering in de zorg, maar, zegt Van den Dungen: ‘Je hebt maar één miljard nodig om de klassen in het basisonderwijs met 10 leerlingen te verkleinen.’ Dat klinkt dan weer als een verrassend makkelijke boodschap.
Door corona is de vraag wat een jaar van een mensenleven mag kosten weer volop onderdeel van het publieke debat. Tegelijk is er beknibbeld op collectieve zaken die misschien minder direct, maar wel degelijk bijdragen aan volksgezondheid, zoals woningbouw, onderwijs en het klimaat.
Een uitkomst van de politieke weging waar Van den Dungen het over heeft, kan natuurlijk zijn dat we de zorg laten zoals die nu is, met een schier onvoorwaardelijk budget. Want ook een emotioneel argument kan legitiem zijn. Er zijn immers ook mensen die een oude Volvo voor duizenden euro’s opknappen. Ik niet, maar dat is alleen omdat ik het geld niet heb. 

Hilde Sennema is freelance schrijver en bedrijfshistoricus, verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Reageer via columnist@fd.nl.